WFR Times blauw0304
Regels van Barnes

REGELS BIJ METHODESTUDIE OP HANDELINGEN EN BEWEGINGSNIVEAU

We mogen Prof. Ralph M. Barnes de verdienste toekennen alle bekende gegevens verenigd en gecodeerd te hebben. Hij heeft de principes van de economie van de bewegingen geklasseerd onder twee hoofdrubrieken, n.l.:

A.   Bewegingseconomie door betere inrichting van de werkplek

1.
2.

3.

4.
5.

6.


7.

8.

Gereedschappen en materialen moeten allen een vaste plaats hebben, zodat de uitvoerder ze blindelings kan vinden.
Gereedschappen, materialen, meetapparaten en -instrumenten moeten dicht bij de uitvoerder staan, onder handbereik, en direct vóór hem.
Bij voorkeur gebruik maken van materiaalopstellingen die de  zwaartekracht benutten om de onderdelen en het materiaal dicht bij het werkpunt te brengen (aanvoergoten, trechters).
Zo mogelijk de zwaartekracht benutten om materialen en producten van de werkplek af te voeren (valgoten).
De gereedschappen en materialen moeten zo geplaatst zijn, dat de beste opeenvolging van bewegingen hieruit logisch voortvloeit.
Alle maatregelen nemen om de goede zichtbaarheid te bevorderen: juiste verlichting en aangepaste kleuren.
N.B.
De kleur van de werkplek moet een contrast vormen met het te bewerken stuk (behalve wanneer zeer geringe kleurnuances moeten worden gezien). Hierdoor wordt de vermoeidheid van de ogen verminderd.
De hoogte van de werkplek en de stoel voor de uitvoerder moet bij voorkeur zo zijn dat het werk even gemakkelijk staande als zittende kan worden uitgevoerd.
De stoel moet aan bouw en eisen van het lichaam van de werknemers kunnen worden aangepast (verstelbare hoogte en rugleuning). De uitvoerder moet worden geïnstrueerd in het juiste gebruik van de stoel of de werkplek.

















B.   Bewegingseconomie door betere gereedschappen, machines en hulpwerktuigen

1.

2.
3.

4.

5.



6.

 

De handen moeten zoveel mogelijk worden ontlast van het vasthouden door inschakeling van (voetbediende) klemmen, mallen, of andere hulpstukken of –organen (let op de vorm en afmetingen hiervan).
Verschillende gereedschappen combineren.
De gereedschappen op vaste plaatsen voorgericht opstellen, bijvoorbeeld hangende schroevendraaiers. Hierdoor wordt de tijd van het nemen beperkt.
Wanneer alle vingers aan de bewerkingen deelnemen (bijvoorbeeld bij machineschrijven en activiteiten met keyboards), moet de vereiste energie verdeeld worden volgens de mogelijkheden van elke vinger.
De vorm van de handvaten der gereedschappen moet gericht zijn op een maximum contact met de hand; met andere woorden: ze moeten goed in de hand liggen. Dit is vooral van belang voor handvatten waarop grote krachten moeten worden uitgeoefend, of voor kleine werkjes die grote precisie vergen. Voor licht montage werk dient het handvat van een schroevendraaier aan het einde smaller te zijn.
Hefbomen, handles, stangen, spaken en handwielen moeten in een zodanige positie staan dat de uitvoerder ze kan bedienen met de minste verandering in lichaamspositie en met het grootste mechanische voordeel.















1. Regels van Barnes
Het analyseren van de bewegingen is gebonden aan de regels van Gilbreth. Barnes, een tijdgenoot van Gilbreth, heeft met zijn collegae en studenten, veel met deze analyses geëxperimenteerd en gewerkt. Om tot optimale bewegingen te komen en zo effectief mogelijk te werken heeft hij de volgende tien regels opgesteld.
Deze regels staan bekend als de “Regels van Barnes" en zouden in elke fabriek en op elke werkplek aanwezig dienen te zijn.

Deze 10 regels luiden:

  1. Begin en eindig de bewegingen van beide handen gelijktijdig.
  2. Tracht te voorkomen dat beide handen gelijktijdig wachten of rusten behalve gedurende de rustpauzes.
  3. Gebruik niet één van de  handen als bankschroef om iets vast te houden, zoek een hulpmiddel, zodat met 2 handen gewerkt kan worden.
  4. Armbewegingen moeten gelijktijdig en in symmetrische richtingen worden uitgevoerd.
  5. Hand- en onderarmbewegingen zijn te verkiezen boven schouder- en bovenarmbewegingen.
  6. Gebruik hulpmiddelen om het materiaal dicht bij het werkgebied aan te voeren, en maak gebruik van de zwaartekracht om producten af te voeren.
  7. Geef de materialen en gereedschappen een vaste en juiste plaats, rekening houdend met de volgorde en de frequentie van gebruik.
  8. Zorg dat de bewegingen vloeiend en ritmisch verlopen.
  9. Maak gebruik van mallen of andere hulpmiddelen om de handen te ontlasten.
  10. Zorg voor een goede werkplek en houdt rekening met tafel- en stoelhoogte in verband met de werkhouding en zorg voor een juiste verlichting gerelateerd aan het soort werk.

    Klassen van lichaamsdelen
    Gebruik bewegingen met de laagste klasse.
  11. Klasse

    Draaipunt

    Lichaamsdeel, volgorde

    5

    Bovenlichaam

    Torso, bovenarm/onderarm, pols en vingers

    4

    Schouder

    Bovenarm/onderarm, pols en vingers

    3

    Elleboog

    Onderarm, pols en vingers

    2

    Pols

    Hand en vingers

    1

    Vingerkootje

    Vingers

2. Ergonomische regels

  1. Streef naar bewegen tijdens het werken.
  2. Streef naar natuurlijke bewegingen.
  3. Streef naar bewegingen rond de gewrichten.
  4. Vermijd belastingen boven de acceptabele norm.
  5. Vermijd abnormale houdingen.
  6. Vermijd langer dan 1 uur zitten of staan (in vrijwel dezelfde positie).
  7. Gebruik instelbare stoelen en/of voetsteunen.
  8. Houdt rekening met grote en kleine mensen (1.75 - 2.10 m.).
  9. Wees bekend met de voorschriften voor hulpmiddelen en apparaten.
  10. Til en verplaats lasten op de goede manier.

3. Overige ergonomische aspecten en omgevingsaspecten t.a.v.

  • Klimaat: (comfort zone: 17,2 - 22,8 oC of 63,0 - 73,0 oF)
     - temperatuur
     - vochtigheid
     - straling
     - luchtstroming
  • Geluid/Lawaai: (zorg voor absentie van ongewenst geluid)
     - trillingen
     - luidheid
     - impact op lichaamsdelen
  • Verlichting: (kies juiste sterkte en kleur en juiste inval en reflectie)
     - contrast (qua helderheid en kleur)
     - schaduw
     - flikkering
  • Zintuigen: (houd rekening met mogelijkheden en belemmeringen)
     - oog
     - oor
     - tast
     - smaak
     - reuk
  • Veiligheid: (vermijd/verklein risico op onrust, letsel en ziekte)
     - orde en netheid
     - elektriciteit
     - roken
     - bewegende delen
     - hygiëne
     - hitte: brandpreventie

Naast het voorkómen en verminderen van grote fysieke vermoeidheid dient te worden gestreefd naar een gezonde mentale inspanning, bij voorkeur op een niveau tussen 27 en 53 MF/sec.
Zie de pagina onder / WF Systemen / Ready WF / Mentale Belasting en RWF.

Deze regels dienen tot de parate kennis te behoren van iedere WORK-FACTOR analist.

 

Terug
 

[Work-Factor Raad] [WF en Mento-Factor] [WF en Management] [Praktisch - Tips] [Tempo rating] [WF Inleren] [WF Nieuws] [WF Producten & Mat.] [WF Licenties, Rechten] [WF FAQ's] [WF en Bewegingsanalyse] [WF Historie] [WF Opbouw] [WF Systemen] [Referenties en TM's] [WFGD, Links en Contacten]